JavaScript is required for this website to work.

Beccaria is nog altijd nuttig

Externe Auteur27/9/2014Leestijd 3 minuten
TitelBeccaria is nog altijd nuttig
AuteurEtienne Vermeersch
UitgeverHoutekiet
ISBN9789089243140
Onze beoordeling
Aantal bladzijden303
Prijs€ 19.99

Beccaria verzette zich tegen de doodstraf en tegen foltering als ondervragings- of bestraffingsmethode. Hij was tegen het beginsel ‘oog om oog, tand om tand’ en meende het strafrecht moet dienen om de maatschappij te ordenen. Hij formuleerde basisbeginselen van ons strafrecht zoals: het legaliteitsprincipe (geen straf zonder wet), het gelijkheidsbeginsel (Beccaria sprak zich ter zake uit tegen het gratierecht), het proportionaliteitsprincipe (straffen moeten in verhouding staan tot het misdrijf), het openbaarheidsprincipe (rechtspraak moet openbaar zijn). Beccaria keerde zich ook tegen bestraffing van religieuze misdrijven zoals godslastering, tegen het gratierecht van de koning, tegen bestraffing van homoseksualiteit. Straffen moesten aan een individu worden opgelegd en niet aan een groep.

In hun inleiding prijzen professor Etienne Vermeersch en Dirk Verhofstadt de moed en de originaliteit van Beccaria. Zijn boek is volgens hen even belangrijk als de werken van Montesquieu en de ontdekkingen van Einstein. Maar toch is het werk van Beccaria miskend, menen Vermeersch en Verhofstadt.

Tegen de sharia

Verhofstadt stelt in zijn omvangrijke inleiding dat het boek nog altijd actueel is. Hoewel Over misdaden en straffen uiteindelijk zijn neerslag vond in de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens, toch worden bepaalde principes nog steeds geschonden. Verhofstadt hekelt landen die de sharia toepassen: ‘Wie de sharia verdedigt, verdedigt een onmenselijk en inferieur rechtssysteem’, zo luidt het. Ook de doodstraf tiert nog welig, soms voor ‘misdrijven’ zoals homoseksualiteit.

En België?

Wie ziet hoe het Belgische strafrecht de jongste jaren is geëvolueerd, weet dat men hier ook nog wel wat Beccaria kan gebruiken. Helaas gaat Verhofstadt hier amper op in. De voorbije vijftien jaar werden de lessen van Beccaria steeds meer genegeerd en werden het strafwetboek en het wetboek van strafvordering omgevormd tot een chaotische boel. De willekeur is nu groter dan 15 jaar geleden. En dat gebeurde niet zelden op initiatief van de partij van de broer van Dirk Verhofstadt. Zijn werk wordt in zijn eigen partij dus zeker niet altijd opgevolgd.

Voorbeelden?

Tegen Beccaria in, die eenvoudige, duidelijke en gelijke straffen bepleitte, werden – op initiatief van de partij van de broer van Dirk Verhofstadt – almaar meer straffen verzwaard en zelfs verdubbeld door de status van het slachtoffer (buschauffeur, politieman…) of door het (discriminerend) motief van de dader. In Beccaria’s visie is een klap een klap ongeacht het statuut van de dader of het motief van het slachtoffer. Bovendien werden de voorbije jaren tegen Beccaria in – en met steun van de partij van de broer van Dirk Verhofstadt – bepaalde feiten strafbaar gemaakt met meerdere strafrechtelijke kwalificaties tegelijk en met verschillende straffen (bv. in de wetten op de graffiti en seks met dieren). Tenslotte werden tegen Beccaria in – en met steun van de partij van de broer van Dirk Verhofstadt – bepaalde strafrechtelijke begrippen zo vaag gedefinieerd dat ze omzeggens alles kunnen omvatten (bv. ‘mensenhandel’ en ‘discriminatie’) of dat ze door hun vaagheid een aanslag op de grondrechten zijn (bv. ‘seksisme’).

Omrekening

Ook werden de voorbije jaren allerlei nieuwe straffen ingevoerd: de werkstraf en het elektronisch toezicht. Maar een omrekeningstabel tussen die straffen is er – ondanks herhaaldelijk aandringen van de sector – niet: hoeveel uren werkstraf is gelijk aan één dag cel en aan één dag elektronisch toezicht. Niet geregeld. Dat verhoogt de willekeur en daardoor kan de straf die officieel zwaarder is (één jaar celstraf bv.) in feite lichter zijn dan de lichtere straf (één jaar elektronisch toezicht). 

De verjaringstermijnen werden vooral in zedenzaken – mede op initiatief van de partij van de broer van Dirk Verhofstadt – totaal ondoorzichtig en ingewikkeld gemaakt.

Tegen Beccaria in – en op initiatief van de partij van de broer van Dirk Verhofstadt – werden ook almaar meer alleenzetelende rechters ingevoerd. Terwijl Beccaria nu net waarschuwt voor corruptie bij de magistratuur en zo groot mogelijke rechtscolleges wil om die te voorkomen. Tegen Beccaria in – en met steun van de partij van Dirk Verhofstadt – kon het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding uitgroeien tot een volledig oncontroleerbare staat in de staat, die nochtans toch wel zelf rechtertje kan spelen.

Onverdoofd slachten

Tegen Beccaria in spelen nu nog altijd religieuze elementen een grote rol in de bestraffing van onverdoofd slachten van dieren (de partij van de broer van Dirk Verhofstadt is zelfs tegen een verbod daarvan) en in de bestraffing van genitale verminking, die alleen voor vrouwen geldt (de partij van de broer van Dirk Verhofstadt nam geen enkel initiatief om deze bestraffing ook bij jongens mogelijk te maken). Er is geen enkel uitzicht op verandering.

Senaat deed niets

Al in 2004 stelde de regering voor om het strafrecht te versimpelen. In 2008 riep minister van Justitie Jo Vandeurzen (CD&V) de Senaat op om daar werk van te maken. De Senaat deed sinds dan helemaal niets met deze oproep. In 2010 was de vereenvoudiging van het strafrecht één van de zeven prioriteiten van justitieminister Stefaan De Clerck (CD&V). Ook justitieminister Annemie Turtelboom (Open Vld) riep het uit tot prioriteit. Maar er gebeurde niets. Wel werd het strafrecht almaar ingewikkelder.

Het is een grote verdienste van Dirk Verhofstadt om Beccaria opnieuw onder de aandacht te brengen. Dat is voor alle partijen nodig, ook voor de partij van Verhofstadts broer. Maar het is een illusie te denken dat het strafrecht de komende jaren zal vereenvoudigen of minder discriminerend zal worden. Dat is buiten de parlementsleden-advocaten gerekend.

Doorbraak publiceert graag en regelmatig artikels die door externe auteurs worden aangebracht. Deze auteurs schrijven uiteraard in eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid.

Commentaren en reacties